HOUDINGTIPS

De nummers in het plaatje verwijzen naar de tekst

Met de stappen die hieronder staan beschreven zorg je dat je goed achter de piano zit. Een nadeel van geschreven tekst is dat, hoe precies bedoeld ook, er altijd misverstanden over kunnen ontstaan. Twijfel je? Neem dan contact op met je pianoleraar.

Eerst even dit: de persoon in het schetsje hierboven beweegt niet. In de tekst hieronder heb ik het veel over houding, en over zitten. Dan kan het zijn dat ik niet in de gaten hebt dat je bij zitten denkt aan stilzitten. En bij pianospelen zit je helemaal niet stil, je beweegt! Tijdens dat bewegen is het heel logisch, zeker als je een nieuw (moeilijk) stukje oefent, dat je bijvoorbeeld ongemerkt je schouders optrekt. Controleer dan af en toe of dat zo is. En laat je schouders weer zakken, of trek ze hoog op en laat ze weer zakken. Dat haalt teveel spanning er weer uit. Je kan tijdens het bewegen achter de piano ook naar links of rechts schuiven om bij die verre toets te kunnen. Dat is niet handig: blijf in het midden van de kruk zitten en leun alleen even scheef, ga daarna weer terug in de houding in het midden van de piano.

Met dit in je achterhoofd kun je onderstaande tips met verstand lezen, en blijf eraan denken altijd soepel te bewegen en zoveel mogelijk alleen de spieren aan te spannen die ook echt iets moeten doen. Probeer gewoon eens uit om steeds minder spieren te gebruiken: doet je hand nog wat je wil? Heb je nog wel een actieve zithouding?

ACTIEVE ZITHOUDING

Zitten is het nieuwe roken. Lang achter elkaar pianospelen is mede daarom niet goed. Maar je ontkomt er niet aan om op je kruk plaats te nemen. Vandaar deze tips om dan in ieder geval goed te zitten. En dat betekent: actief zitten.

Ga in het midden (dus niet links of rechts) van je kruk zitten. Schuif nu zo dat je iets naar voren zit op de kruk. Zet de kruk zover van de piano dat je (bijna) gestrekte been met de hak op de grond bij het pedaal kan, de bal van je voet op het pedaal (voor korte benen: zie tip 2). Als je kniehoek ongeveer 90° is en je voeten staan plat op de grond, dan is er een beetje ruimte tussen je tenen en het pedaal. Tijdens het pianospelen heb je je voeten nooit gekruist, altijd naast elkaar stevig op de grond of steun. Op den duur heb je je ideale positie van de kruk wel gevonden, met de volgende stappen:

1. Ga op de pianokruk zitten met rechte rug en ontspannen schouders, armen recht naar beneden, je ellebogen langs je lichaam. Om de schouders goed te laten ontspannen trek je ze eerst hoog op tot aan je oren, dan laat je ze los.

2. Let erop dat de bovenkant van je hoofd als het ware aan een touwtje aan het plafond hangt, en je onderrug is aangespannen: je zit op beide zitbotjes, die moet je voelen. Zorg ook dat je voeten plat op de grond staan met een kniehoek van ongeveer 90°. Voor jonge pianisten, of mensen met korte benen, is het belangrijk dat je de voeten ondersteunt als ze de grond niet raken. Zet niet de kruk te laag voor platte voeten op de grond als dat zorgt dat je ellebogen dan ineens veel lager hangen dan het klavier. Let erop dat je dat niet ongemerkt corrigeert door je schouders op te trekken.

3. Nu breng je je handen naar de piano, en je legt je vingers op de toetsen.

4. Controleer of je elleboog op de hoogte van het klavier hangt, iets onder je handen. Pas de hoogte van de kruk net zolang aan tot dat het geval is, en denk steeds aan stap 1 tot 3 als je weer gaat zitten.

5. Hierboven is de actieve zithouding voor het pianospelen beschreven. Bedenk jezelf dus dat je niet alleen pianospeelt met je vingers. Bedenk jezelf dat wat de longen zijn voor de zanger, dat zijn de schouders en armen voor de pianist.

HANDHOUDING

Je hebt nu voor jou de juiste plaats van de kruk bij de piano gevonden. De schouders en armen kunnen je voorzien van de juiste adem om mooie tonen te maken. Die tonen maak je verder af met je pols, hand en vingers, tot en met je korte nagels. Bedenk ook hierbij: je hand en vingers zullen constant bewegen. De volgende tips zijn dus een begin. En ze kunnen dienen als controle: is mijn pols nog ontspannen? En als je dan toch checkt, vergeet je schouders niet. Check van top tot teen, zeker als je pas begint met pianospelen. Dit gaat op den duur vanzelf, al blijft waakzaamheid geboden bij schouders, pols en/of vingers (die tijdens het spelen soms eigenwijs naar het plafond wijzen in plaats van ontspannen wachten tot het hun beurt is om te spelen). Help je vingers door nu verder te gaan met:

6. Je vingers staan bol, je vingertoppen rusten op de toetsen. Zorg dat je nagels dit toestaan. Knip ze als ze je vingertoppen van de toets afhouden. Een goed signaal voor te lange nagels is ook als je getik hoort terwijl je speelt. Beginnende pianisten zullen een tijdje nodig hebben om te zorgen dat elke vinger bij het spelen bol staat en niet zwikt. Een goede leraar zal je hier nuttige en speelse oefeningen voor geven.

7. Je knokkels zijn de dak van een tent, er staat als het ware een denkbeeldige tentstok onder. Je pols is lager dan je knokkels.

8. Je pols is, net als je schouders, ontspannen: Laat je arm zakken en het gewicht van je arm op je vingers rusten. Nu kunnen je vingers dus niet anders dan de toetsen indrukken. Houd je vingers bol! Op dat moment moet je pols veren. Je handpalm komt daarbij vanzelf richting het einde van de pianotoets. Tijdens het spelen veert je pols dan weer terug. In het begin is het belangrijk dit veren te overdrijven. Als je al meer gevorderd bent blijft je pols veren ook al zie je dat steeds minder. Word je moe bij snelle stukjes? Krijg je last van je onderarm, elleboog, of misschien schouder of nek? Controleer je houding, en let er vooral op of je pols en schouders nog ontspannen zijn.

Terug naar boven